Communicatie en interactie sensoren

Sensoren zijn als de zintuigen van een stad. Ze vangen gegevens op om omgevingen efficiënter, veiliger en comfortabeler te maken. Ze meten bijvoorbeeld luchtvervuiling om luchtkwaliteit te verbeteren. Of ze meten verkeersstromen om files te verminderen. Maar hoe ervaren burgers de inzet van deze sensoren? Herkennen burgers sensoren ook wanneer ze ergens hangen? En hebben zij ook inspraak in het gebruik hiervan?

Onbekend maakt onbemind

Een landelijke communicatierichtlijn

We zijn in gesprek gegaan met burgers en expert over sensoren. Eén van de uitkomsten uit ons onderzoek was dat sensoren vaak onzichtbaar zijn of niet worden herkend als sensor. En hoe minder je weet over sensoren, hoe meer aannames je maakt. Een verhaal krijgt een eigen leven. Dat is gevaarlijk. Om meer duidelijkheid te scheppen is een landelijke communicatierichtlijn opgesteld over sensoren in de openbare ruimte. Deze richtlijn bevat elementen om op verschillende niveau’s over sensoren te communiceren. Dit kan je doen aan de hand van stickers, borden en gemeentelijke webpagina waar je meer informatie kan vinden. 

De impact

Kennis vergroten door burgerparticipatie

Met de communicatierichtlijn kan je zien waar sensoren zijn, wat ze doen, en met welk doel ze worden ingezet. Op deze manier vergroten we de kennis over de systemen en faciliteren we het gesprek hierover. Zo kunnen burgers participeren in het democratisch debat.  

Eenduidigheid geeft duidelijkheid

Dezelfde communicatie in heel Nederland

In nauwe samenwerking met het Amsterdam Institute of Advanced Metropolitan Solutions (AMS), de gemeenten Amsterdam, Utrecht, Den Haag, Rotterdam, de provincie Noord-Brabant en de VNG, streven we naar een inclusieve communicatie over sensoren en bijbehorende systemen in de openbare ruimte. Gelijktijdig voerde een onderzoeker aan de TU Delft onderzoek uit om te zien of een transparantere overheid het vertrouwen van burgers vergroot. Deze samenwerking heeft geleid tot een eenduidige richtlijn die democratische waarden zoals privacy en transparantie waarborgt, terwijl het interactie, inspraak en participatie bevordert.